Concertreis naar De Veluwe
Vrijdag 22 juli
Vanmorgen was het zover. Op de bus met een zootje ongeregeld richting beestenpark. Wat zou dat geven? Bleek dat het allemaal wel meeviel. De zoogdieren aanwezig op de bus waren goedaardig van natuur en al bij het begin der rit zat de sfeer er goed in.
De eerste naam die ik kon onthouden (want er waren er nog een boel te leren voor mij) was die van Luna. Haar moppen schalden door de gang en dra was er een moppengezelschap ontstaan. Menig gelach en gebulder ontluisterden de stemmige ochtend, maar datwas dan jammer voor de trage wakkerworders. Na een tijdje werd overgegaan tot het ultieme wapen om iedereen stil te krijgen: de film. Succes gegarandeerd. Een geluk voor diezelfde trage wakkerworders, want die konden met een gerust gemoed weer onder zeil.
Et voila: Apenheul: stopplaats van onze vrijdag. Een dagje apen zien. U zou zeggen, gaat dat niet tegensteken, maar ik ben wel wat gewoon. Buiten het feit dat deze beestjes een boom wat sneller nemen, heb ik meerdere gelijkenissen kunnen constateren tussen die van voor het water en die van achter het water. Het contentement dat er ontstond bij het voedermoment verschilde niet veel van de triomfantelijke gezichten achter de spaghettiborden later die avond. Mama gorilla zeulde met de kleintjes rond en daar hadden ook onze mama’s (en de eerlijkheid biedt me ze te vermelden: én papa’s) danig hun kopzorgen mee. Alleen groeide het vermoeden dat ons kleinmannen moeilijker te hanteren waren als die van ‘Apenheul’. Een beduidend nadeel: die van ons konden verloren lopen. En dat hebben ze dan ook gedaan. Marjan’s sjampettergehalte steeg zienderogen. En gelijk had ze natuurlijk, echt waar.
Des avonds was het dan tijd voor het exploreren en installeren van onze ’accomodatie’ . Het eten was al geprepareerd – met dank aan Veerle en Marc – en de snelheid waarmee zo’n berg voedsel slonk, deed me nog eens denken aan onze vrienden in Apenheul. Op naar de avondactiviteit: iets dat zeker niet ongemerkt mocht en kon voorbijgaan en daarenboven ook nog de reden is waarom ik dit hier allemaal zit neer te pennen: de dertigste verjaardag van Marjan. Een taart met kaarsjes en drie bezen was natuurlijk niet goed genoeg. Neen, enkele flauwe plezanteriken vonden het nodig per dag opdrachtjes te voorzien om Marjan het leven wat aangenamer te maken de komende week. Het weze haar gegund. Per slot van rekening staat er nu wel een “3!” van voor. Daar zie.
Voor de rest valt er nog weinig te vertellen: nog wat gezellig nagebabbeld, zeer nipt verloren met een spelletje, rap dit verslagje geschreven en een drankje gedronken. En meer moest dat ook niet zijn. Tot morgen.
Zaterdag 23 juni
Goeiemorgen morgen, voor zij die het niet hadden meegemaakt. Johan haalde vorige nacht nog net op tijd Marjan’s verjaardag, de chanceur. Verjaardagen van uw partner mankeren is altijd slecht nieuws, hoe ge dat ook verpakt. Hoeveel snelheidsovertredingen hij zich daarmee op de hals heeft gehaald, zal later blijken. Soit. Vandaag is wat u interesseert. Na een stevig ontbijt mocht ik voor het eerst – op een repetitie – ‘de Jeugd’ in actie zien en horen. De sfeer zat er meteen al goed in, ondanks Johan, of was het dankzij? Onze Joren deed ook fameus zijn best. Zijn intonatie-Sibe was er bal op (als we ‘der Fuhrer’ zijn bakske mogen geloven). Goed voor ‘t zelfvertrouwen.
In de namiddag stond een wandeling op het programma. De omgeving verkennen zoals ze dat dan noemen. En wat hebben we dan zo allemaal gezien: onstuimig jong volk, bomen, weggetjes, vergezichten, dennenappels, mestkevers. En als ge daar dan één zin van moet maken wordt dat. “Onstuimige jonge venten vochten op weggetjes tussen bomen en mestkevers door een dennenappelgevecht uit: verre van een gezicht!” Maar zelfs aan zo’n leuke momenten komt een eind en dankzij de navigatiecapaciteiten van onze gps van dienst, Kristof, en ook nog van een echte gps (met dank aan Freddy), zijn we weer thuis geraakt. Thuis, want dat begint het hier toch al wat te worden.
Na ons avondbokes was er een kwiske geboekt. Vijf groepen, waaronder eentje met de fantastische naam ‘The Magnificent Seven’, dongen naar de zege. Van de koppijn die dat heeft teweeg gebracht hebben Karolien en Jeroen (de bedenkers en moderators van de kwis) nog lang kunnen nagenieten, vrees ik. En zoals bij alle spelletjes geldt: meedoen is belangrijker dan winnen. Goud is dus niet belangrijk, en ‘wij’ hadden zilver. De ijzeren hand van Koen leidde alle kleinmannen (sorry voor de bijna dertienjarigen onder ons) recht naar de slaapplaats. Dat wordt ‘ne fantastische… strenge papa’. En kindjes, alle papa’s en mama’s lagen een uurtje later ook al in bed hoor. Echt waar!!! Goeienavond.
Zondag 24 juli – het dichterlijk verslag
Beste kinderen en ook grote mensen,
vandaag ben ik van plan
u al rijmendte bedienen op uw wensen
Kei neig groaaf van deze man!
De regen was vandaag zeer sterk aanwezig
we hielden ons dus evident binnen bezig
met te spelen, liefst op toon
op o.a. sax, klarinet en tromboon.
Maar het kon nog vochtiger die dag
want ‘s namiddags gingen we met de toffe helft
gaan zwemmen, elk in zijn eigen slag,
waar weet ik niet meer, maar’t was niet in Delft.
‘s Avonds mochten we ermee smijten,
met centen in ‘t Casino wel te verstaan
En dat is – moet ik zeggen – vrij goed gegaan
en helemaal niet aan mij te wijten
(want ik heb echt mijn best gedaan).
Wat dat smijten betreft:
bij sommigen onder ons, en het moet gezegd,
– niet de meest beleefden –
is een onbedwingbaar verlangen ontloken
om iets doelgericht met pijltjes te bestoken
Al een chance dat het ding in kwestie niet (meer) leefde.
Maandag 25 juli – het ‘verkeerde’ verslag
Vreselijke morgen!
Rotweer was het buiten. Gelukkig was Veerle nog niet bezig in de keuken. En dan nog: het eten was echt lamentabel. Dan maar den beestenwagen op richting Krüller-Möller (1) en omgeving om daar te worden geloosd te midden van schreeuwerig natuurgeweld.De bende was verre van leutig. Spijtig dat een sympathieke paparazzi zich heel af en toe waagde aan een bescheiden kiekje. Maar het hielp niet: de gasten bleven rebels, de weg onvindbaar en Johan zijn grappen waren geslaagd. En ‘t werd nog erger: ‘s Middags raakte een deel van de groep ons deel kwijt. Zo waren we gedwongen te zoeken naar de rest. De natuur kon ons niet meer boeien, en naar het schijnt hebben we mekaar in het ‘Jachthuis’ van ‘t domein jammerlijk gemist. De
vreugde was,toen we weer samen waren,bijgevolg buiten alle proportie. Vooral Ine en Hilde waren opgetogen en hun eindsprint deed de rest van de groep verbleken.
De kook en afwas zijn nog nooit zo vlot verlopen: een record denk ik. Het avondspel daarentegen bleef maar duren. Die moorden op Veerle en Dorien kwamen dan ook niks te vroeg.En van slapen is nog minder gekomen. Waren die mama’s en papa’s blij.
(1) of was het Kröller-Müller?
Dinsdag 26 juli – Jannekes verslag
Omdat ze zijn komen zeggen dat mijn verslag niet te lang mag duren want wat denkte gij wel die gasten gaan tureluurs gaan kijken na een tijke, ga ik hier rap in ‘kort zeggen wat er vandaag gebeurd is en dat is niet moeilijk want eigenlijk is er alleen maar gespeeld en gegeten en gekookt en gebakken en den afwas gedaan en dat dan nog eens maar dan door elkaar en ook nie echt alles opnieuw en voorders niks en meer moest dat niet zijn want die mannen waren trouwens vreselijk moe van de dagen daarvoor daarom dat ‘ons Marjan’ commandeerde dat ge stil moest zijn of beter op uw bed moest gaan liggen, ook stil dan en liefst met uw ogen toe want daar valt ge soms van in slaap, en ge kunt haar geen ongelijk geven zekers nie als ge dan ook weet dat zij het hier om zeggen heeft, allé ‘ons Karolien’ uitgezonderd want die mag hier ook al eens een klapke doen en ik nu ook zie maar dat was van moeten. Salu.</div>
Woensdag 27 juli – ‘t laatste verslag
Mijn verslagenreeks zit er vandaag op. Nog geprobeerd om deze dag te mogen skippen, maar dat mocht niet van de groten baas. Dus een laatste efforke. Het was tot-hier-toe kei neig geweldig tof. De gasten waren gaaf cool. Den barbecue niet maar dat was dan ook de bedoeling. De Mark er achter kon ze goed bakken, maar dat mag van den anderen Marc natuurlijk ook gezegd worden. En als het al eens verkeerd dreigde te lopen, waren er natuurlijk de ‘echtgenotes’ die het, zoals echtgenotes betaamt, allemaal nog veel beter wisten. Naar het schijnt kunnen ze daar zelf ook niks aan doen. Toch heb ik echt genoten. Bij deze mijn laatste strijdkreet alvorens te vergaan onder de afwasdoemp (want daar droom ik – denk ik – ‘s nachts van): ‘t was fantastisch!!! En Marjan, graag gedaan!</div>
Jan